Vijftig jaar geleden, op 22 juni 1964, ging in Rennes de 51e
editie van de Tour de France van start. In
deze Tour werd een legendarisch duel uitgevochten tussen twee Franse
grootheden: Jacques Anquetil en Raymond Poulidor.
Anquetil had in de voorgaande jaren al vier keer het
eindklassement van de Ronde van Frankrijk gewonnen. De beste klassering van
Poulidor was tot op dat moment een derde plek in het eindklassement van de Tour
van 1962. Toch was Poulidor, door zijn grote strijdlust en zijn sympathieke
underdog-imago, bij het publiek veel populairder dan zijn succesvollere
landgenoot.
In 1964 was Raymond Poulidor in de vorm van zijn leven.
Eindelijk leek hij in staat te zijn om Anquetil te verslaan. Hij onderschatte
zichzelf echter en overschatte zijn opponent. Tijdens de twintigste etappe, die
finishte op de Puy de Dôme, wachtte Poulidor te lang met aanvallen, waardoor
hij er te laat achter kwam dat Anquetil een offday had. Poulidor pakte nog wel
tijd op zijn opponent, maar Anquetil behield toch de gele trui met slechts 14
seconden voorsprong. Jacques Anquetil zou dat jaar zijn vijfde Tourzege pakken.
In het eindklassement had hij 55 seconden voorsprong op Poulidor.
Uiteindelijk is Raymond Poulidor, die elf keer in de top 10
van de Tour finishte, er nooit in geslaagd om de Ronde van Frankrijk te winnen.
Hij zou zelfs nooit een dag de gele trui dragen. Door zijn vele nipte
nederlagen in grote wedstrijden kreeg hij als bijnaam De Eeuwige Tweede.
Levenslot
Er bestaat een beroemd verhaal over de allerlaatste
ontmoeting die Anquetil en Poulidor zouden hebben gehad. Die zou in 1987 plaats hebben gevonden, toen
Raymond Poulidor op ziekenbezoek ging bij zijn vroegere sportieve tegenstander.
Jacques Anquetil leed aan maagkanker. Hij wist dat er geen hoop meer was.
Anquetil zou toen met veel gevoel voor galgenhumor tegen Poulidor hebben
opgemerkt, dat het blijkbaar het levenslot van Poulidor was om elke grote
wedstrijd van hem te verliezen: zelfs in de wedstrijd des levens, waarvan de
dood de finish is, zou Jacques Anquetil sneller de eindstreep bereiken dan Raymond
Poulidor.